9757 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||
........ April war auch voriges Jahr bereits sehr warm.
Namen van maanden zijn mannelijk.
Veel woorden die met data/tijd te maken hebben zijn manneljk:
der Monat, der Sommer (alle jaargetijden), der Tag (alle samenstellingen met -tag, der Nachmittag), der Abend, der Morgen, der Mittwoch.
Vrouwelijk: die Sekunde, die Minute, die Stunde, die Nacht.
(Komen jullie) ........ aus Deutschland?
ich komme
du kommst
wir/sie/Sie kommen
ihr kommt - kommt ihr?
euch: 3e en 4e naamval van ihr
Doe dit liever anders, anders gaat het fout.
Mach das lieber ........ , ........ geht es schief.
sonst: oorzaak en gevolg
anders: op een andere manier
Ich mache das dieses Mal nicht so, sondern anders.
anders als sonst: anders dan anders. Ich fühlte, dass es heute anders war als sonst.
sondern: nicht blau sondern rot
Das war ein Fehler. Da habe ich mich anscheinend (vergist) ........ .
sich irren: zich vergissen
sich verirren: de weg kwijt raken/zijn (letterlijke betekenis)
scheitern: falen
staunen: zich verbazen
© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß |