9213 actieve gebruikers

Inloggen bestaande gebruiker

Aanmelden nieuwe gebruiker

Naar mobiele versie


Antwoorden van 27-11-2024 (niveau 2)



eerdere test 27 NOV latere test
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 2 hebben de test van 27-11-2024 zo ingevuld:



Der Sohn ist größer als ........ Vater.



5 % (afgerond)dem
22 % (afgerond)den
73 % (afgerond)der 

Der Sohn ist größer als der Vater.

Koppelwerkwoord ist: bij een vergelijking staan beide woorden in de 1e naamval.

 

De vergrotende trap wordt verbonden met als.

Ebenso/genauso groß wie: bij een overeenkomst gebruik je wie.

In spreektaal hoor je echter ook: größer wie, net als Nederlanders vaak foutief zeggen groter als i.p.v. groter dan.


Zie ook de pagina koppelwerkwoorden.



An deiner Stelle ........ ich vorsichtiger.

 



9 % (afgerond)werde
2 % (afgerond)ware
14 % (afgerond)würde
75 % (afgerond)wäre 

Als ik in jouw plaats was: een onmogelijkheid, dus gebruik je de aanvoegende wijs.

Wäre: aanvoegende wijs van sein. Ich wäre gerne Millionär, dann wär das Leben halb so schwer (songtekst).

 

Würde = zou (graag willen): aanvoegende wijs van werden.

Ich würde gerne mal eine Safari machen. An deiner Stelle würde ich das nicht tun.

 

Werde: ich werde (toekomst of lijdende vorm) en opdracht:

Werde vernünftig! (Word verstandig!).


Zie ook de pagina Konjunktiv.



De vakantie doorbrengen: ........ .



17 % (afgerond)den Ferien verbringen
1 % (afgerond)der Ferien durchkommen
80 % (afgerond)die Ferien verbringen 
2 % (afgerond)die Ferien durchbringen

die Ferien: altijd meervoud, hier 4e naamval (zelfde vorm als 1e naamval). Ich verbringe meine Ferien in den Niederlanden (waar? 3e naamval meervoud).

 

durchbringen: opmaken / er doorheen jagen:

Er hat sein ganzes Geld durchgebracht.

Een tweede betekenis: een moeilijke tijd doorkomen.

Die Mutter hat ihre Kinder durch schwere Arbeit im Krieg durchgebracht.

durchkommen: er doorheen komen

Sie ist gut durch das Examen gekommen.


Zie ook de pagina Links.



Wir benötigen den Rechnungsbeleg mit Stempel.

 

Der Rechnungsbeleg: ........ .



5 % (afgerond)beslaglegging op een rekening
87 % (afgerond)betalingsbewijs 
8 % (afgerond)berekening van de kosten

der Beleg: bewijs van bijv. betaling (ook: die Quittung) / bewijs van levering (der abgezeichnete Lieferschein) e.d.

beslaglegging: die Beschlagnahme (bijv. door de douane) / die Pfändung (door de deurwaarder: der Gerichtsvollzieher)

 

die Rechnung: de rekening (voor een verkoop)

de rekening (bij de bank): das Konto

berekening: die Berechnung


Zie ook de pagina Links.



TOTAALRESULTAAT:
79% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)





Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel

© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties

opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß