MOB-versie | Naar grote versie



Antwoorden van 20-11-2024 (niveau 2)



eerdere test 20 NOV geen latere test beschikbaar
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 2 hebben de test van 20-11-2024 zo ingevuld:



........ habt ihr zur Party eingeladen?

 



18 % (afgerond)Wem
15 % (afgerond)Wer
64 % (afgerond)Wen 
3 % (afgerond)Wie

Onderwerp: ihr (habt eingeladen)

Wen? vraagt naar het lijdend voorwerp (4e naamval).

Wen habt ihr eingeladen? - Wir haben ihn / den Nachbarn / einen Freund eingeladen.

Wer? vraagt naar het onderwerp (1e naamval). Wer kommt heute zu Besuch?

Wie? = hoe?

 

Het werkwoord blijft in het Duits enkelvoud, ook als naar eventueel meerdere personen gevraagd wordt.

Wie gaan er (allemaal) mee?: Wer geht (alles) mit?

Wie zijn dat?: kan niet letterlijk vertaald worden naar het Duits,

wél mogelijk: Wer sind diese Leute?


Zie ook de pagina vraagwoorden / vragende voornaamwoorden.



Du (zult) ... dich erkälten, wenn du keinen Schal trägst.

 



13 % (afgerond)sollst
11 % (afgerond)wurdest
51 % (afgerond)wirst 
26 % (afgerond)werdest

werden: toekomst - Ich werde später Lehrer.

ich werde - du wirst - er, sie, es wird: bij sterke werkwoorden verandering van -e- naar -ie-

du wurdest: verleden tijd - Du wurdest gestern böse.

 

Du sollst is een opdracht: moeten op gezag van iemand.

 

tragen: sterke werkwoorden met -a- veranderen in -ä-

ich trage - du trägst - er, sie, es trägt.

 

sich erkälten: verkouden raken


Zie ook de pagina toekomst: werden/sollen.



Ik ben snel aan de nieuwe omgeving gewend geraakt: ........



6 % (afgerond)Ich bin mir schnell an den neuen Umgebung gewöhnt.
3 % (afgerond)Ich bin schnell an die neue Umgebung gewöhnt.
5 % (afgerond)Ich habe schnell an der neue Umgebung gewöhnt.
86 % (afgerond)Ich habe mich schnell an die neue Umgebung gewöhnt. 

sich gewöhnen an: wederkerend (ich gewöhne mich), gevolgd door an: 4e naamval.

Ich habe mich an (dich/ihn/den Zustand etc.) gewöhnt: de voltooide tijd wordt met haben gevormd.

Dit is een vaste combinatie van een 'mentaal' werkwoord met een voorzetsel. Net als denken an, glauben an en enkele meer: + 4e naamval.


Zie ook de pagina met 3e/4e naamval.



Er räusperte sich.



2 % (afgerond)Hij hoestte.
1 % (afgerond)Hij was onrustig.
11 % (afgerond)Hij herpakte zich.
87 % (afgerond)Hij schraapte zijn keel. 

zich herpakken: sich wieder in den Griff kriegen

onrustig / rumoerig zijn: unruhig sein / rumoren (roezemoezen)

hoesten: husten [lange -oe-]

kuchen: hüsteln [korte -u-]


Zie ook de pagina Links.



TOTAALRESULTAAT:
72% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)





Help | Contact  |  Instellingen  |  


Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel



Martin van Toll Producties
in samenwerking met
Fundgrube Deutsch