8556 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Sie sorgt gut ........ kleinen Bruder.
für = voor iets of iemand, ten behoeve van / bedoeld voor, voorzetsel met de 4e naamval.
Ich tue das gern für dich. Ich habe ein Geschenk für meinen Vater.
vor: plaats- of tijdsbepaling - vor dem Haus, vor einer Stunde
Die Gemeinde Rotterdam plant hier ein Gewerbegebiet.
das Gewerbegebiet: ........
das Gewerbegebiet: bedrijventerrein/-park voor kleine en middelgrote bedrijven
das Gewerbe: beroep, bedrijfstak ('das älteste Gewerbe der Welt': de prostitutie)
winkelcentrum: das Einkaufszentrum
woonwijk: das Wohngebiet / das Wohnviertel
volkswijk: das Arbeiterviertel, der Kiez (Berlijn)
goederenoverslag: der Güterumschlag
Het is kwart voor drie: ........
Viertel nach drei: kwart over drie.
Dreiviertel drei: kwart voor drie.
die/eine Viertelstunde, die/eine Dreiviertelstunde
das Drittel, das Viertel, das Fünftel: het derde, vierde, vijfde deel
Warum hast du es (hem) ........ nicht gesagt?
du: onderwerp
es: lijdend voorwerp
ihm: meewerkend voorwerp (aan hem gezegd): 3e naamval
© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß |