9159 actieve gebruikers

Inloggen bestaande gebruiker

Aanmelden nieuwe gebruiker

Naar mobiele versie


Antwoorden van 16-08-2024 (niveau 3)



eerdere test 16 AUG latere test
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 3 hebben de test van 16-08-2024 zo ingevuld:



Auf dem Gemälde wurde eine ungewöhnliche Szene ........ .



1 % (afgerond)vorgestellt
81 % (afgerond)dargestellt 
17 % (afgerond)ausgebildet

darstellen: uitbeelden, weergeven in woorden of met artistieke middelen

Das Bild stellt eine Winterlandschaft dar.

Der Schauspieler stellt den Hamlet dar. 

 

der Darsteller = der Schauspieler (acteur)

vorstellen: een persoon aan een ander voorstellen

ausbilden: opleiden


Zie ook de pagina lastige werkwoorden.



Sie (legt) ........ die Kette in die Schatulle.

 

   



1 % (afgerond)liegte
69 % (afgerond)legt 
30 % (afgerond)liegt

legen-legte-gelegt (leggen): zwak werkwoord, dus geen klinkerverandering

Sie legt das Handtuch (lijdend voorwerp) in den Schrank (4e naamval).

gaan liggen: sich legen - Sie legte sich ins Bett (4e naamval).

 

liegen-lag-gelegen (liggen): sterk werkwoord

Der Schmuck liegt jetzt in der Schatulle (3e naamval).

Sie lag im Bett (3e naamval).


Zie ook de pagina zwak.



Das habe ich verbrochen:  ........



77 % (afgerond)Dat heb ik op mijn geweten. 
4 % (afgerond)Dat heb ik kapot gemaakt.
1 % (afgerond)Dat heb ik gebroken.
19 % (afgerond)Dat heb ik opgezegd.

Als je iets niet al te ernstigs veroorzaakt hebt, kun je deze formulering gebruiken voor 'dat heb ik gedaan' (Oeps!).

Dat hoeft dus niet breken/kapot maken te betekenen.

Oorsprong: das Verbrechen (misdaad).

 

kapot maken: kaputt machen, zerbrechen, zerstören

uit elkaar vallen / in stukken breken: auseinanderbrechen / in Stücke brechen

opzeggen: kündigen


Zie ook de pagina Links.



Die (beide verloofden) ........ wollen bald heiraten.

 

     



64 % (afgerond)beiden Verlobten 
7 % (afgerond)beiden Verlobte
3 % (afgerond)beide Verlobte
25 % (afgerond)beide Verlobten

die beiden verlobten jungen Leute = die Verlobten

der/die Verlobte: zelfstandig gebruikt bijvoeglijk naamwoord

 

In het meervoud na een lidwoord krijgen bijvoeglijke naamwoorden in alle naamvallen de uitgang -(e)n:

die/der/den/die beiden Verlobten.

 

beide Verlobte: 1e en 4e naamval zonder lidwoord


Zie ook de pagina =zelfst. nw. (persoon).



TOTAALRESULTAAT:
73% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)






Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel

© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties

opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß