9268 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||||
Wir fahren in den Ferien ........ Schweiz.
Enkele landen hebben in het Duits een lidwoord: die Schweiz, die Türkei / die Niederlande, die USA (meervoud).
Rijden naar vertaal je dan met: in die Schweiz, in die Türkei fahren en
in die Niederlande fahren, in die USA fliegen.
fahren + in: 4e naamval (net als gehen + in: ins Kino gehen)
Nach (+3e naamval) gebruik je voor steden en landen zonder lidwoord. Wir fahren nach Köln, wir fliegen nach Italien.
Zu (+3e naamval): naar personen en bepaalde plekken/gelegenheden. Wir fahren zu meiner Oma. Ich gehe zum Zahnarzt. Wir gehen zum Markt, zur Kirmes.
in den Ferien (wanneer?)
In + tijdsbepalingen staan in de 3e naamval.
Hier meervoud: Alle onderdelen van de woordgroep krijgen de uitgang -n.
Füllen Sie bitte ........ Antrag (aanvraag) aus.
der Antrag
Woorden die uit de stam van een werkwoord (be-antrag-en) bestaan zijn overwegend mannelijk.
den/einen Antrag (ausfüllen): lijdend voorwerp, 4e naamval
Sie: onderwerp
Wat betekent de uitdrukking 'Ich mache heute blau' ?
De 'Blaufärber' (beroep: stoffen met een natuurproduct blauw verven) hadden een vrije dag als de verf moest intrekken.
blau machen: die Schule / die Arbeit schwänzen (spijbelen)
In het Nederlands kennen we de uitdrukking 'een blauwe maandag' met de tegenwoordige betekenis korte tijdsduur.
op de bonnefooi: auf gut Glück / ins Blaue hinein
gekkigheid uithalen: Quatsch machen, herumalbern (melig doen / flauwekullen)
In der Spielhalle ist er in seinem Element. Er zockt gerne.
zocken: ........ .
zocken: spreektaal voor gokken, zeer gebruikelijk voor etwas riskieren / Glückspiele spielen
sjokken: trotten (langzaam/moeizaam lopen)
rondhangen: rumgammeln (der Gammler: zwerver)/ abhängen
sjezen (hard rijden): kacheln
© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß |