9227 actieve gebruikers

Inloggen bestaande gebruiker

Aanmelden nieuwe gebruiker

Naar mobiele versie


Twijfelwoorden | Falsche Freunde

 

Falsche Freunde noemt men woorden die in het Duits en Nederlands er bijna net zo uitzien, maar die iets heel anders betekenen. Ze zijn vaak een bron van soms heel gekke misverstanden.

 

Hier onder staat een aantal veel voorkomende valse vrienden.

Uitgebreide lijsten op internet:

https://de.wikipedia.org/wiki/Liste_falscher_Freunde#Niederl%C3%A4ndisch

 

https://de.wikibooks.org/wiki/Niederl%C3%A4ndisch/_Band_9_-_Falsche_Freunde_NL_-_DE

 

https://www.uitmuntend.de/extras/valse_vrienden.html

 

Duits

Echte

betekenis

Valse vriend

Vertaling

absichtlich opzettelijk afzichtelijk hässlich
angeben pochen/opscheppen aangeven

anzeigen (politie)

reichen (voorwerp geven)

Andacht, die devotie (kerk) aandacht Aufmerksamkeit, die
Anleitung, die handleiding aanleiding Anlass, der
Anrichte, die

woon-/eetkamermeubel:

sideboard

aanrecht Küchenblock/-zeile
artig braaf aardig nett
Artist, der circus-/varietéperformer artist Schauspieler, der
aufschließen ontgrendelen,  toegankelijk maken opsluiten einschließen
auswendig (können) van buiten kennen uitwendig äußerlich, außenseitig
bellen blaffen bellen telefonieren
besorgen regelen (halen/kopen) bezorgen liefern
befallen aantasten (bijv.door virus) bevallen gefallen, gebären
berühren aanraken beroeren onrust oproepen
Bonbon, das zuurtje/karamel bonbon Praline, die
brutal bruut brutaal frech
Büro, das kantoor bureau Schreibtisch, der
deftig stevig (eten) deftig vornehm, schick
doof stom doof taub
Dose, die blik(je) doos Karton, der /  Schachtel, die
drehen, einen Film een film maken de film draait der Film läuft (im  Kino)
dürfen mogen durven sich trauen/wagen
eng nauw, smal eng gruselig, unheimlich
Enkel, der kleinkind enkel Knöchel, der
einstellen stopzetten/buiten  werking stellen instellen starten, lancieren
einholen

beweging: op zelfde hoogte/niveau komen

ook: streektaal voor 'einkaufen'

inhalen

überholen= voorbijrijden

einladen uitnodigen inladen eveneens: einladen
Einspruch, der bezwaar, protest inspraak Mitsprache, die
falsch verkeerd vals hinterhältig
faul lui vuil schmutzig, dreckig
Flur, der hal, overloop vloer Fußboden, der
Garage, die garage (parkeren) garage (repareren) Werkstatt, die
Gebäck, das koekjes gebak Kekse
gepflegt goed verzorgd (uiterlijk/restaurant) gepleegd begangen (overtreding)
gesellig sociabel, sociaal gezellig (knus) gemütlich, nett
geschickt handig (bijv. met knutselen) geschikt geeignet
Gift, das vergif gift Gabe, die/Talent, das
gierig grif, gretig, gulzig gierig geizig
gleich meteen gelijk recht (haben)

herstellen,

die Herstellung

produceren herstellen

instand setzen

(in oude staat terug-brengen: restaurieren, wiederherstellen)

Kachel, die

tegel

kachel

Ofen, der

Kleid, das

jurk

kleed

Teppich, der

Kostüm, das mantelpak kostuum Anzug, der
Kram, der spulletjes kraam (Markt)stand, der
krass verstekend: hard, schrill kras rüstig
malen schilderen malen mahlen
Meer, das

zee (Mittelmeer=

Middellandse Zee)

meer

der See

(zie ook: die/der See)

nachgeben toeschikkeljk zijn dat moet ik je nageven Das muss man dir lassen.

neidisch sein

afgunstig,

jaloers zijn

nijdig zijn

böse, wütend sein

nett aardig net anständig, sauber, gepflegt
Partie, die (klemtoon op 2e lettergreep) hoeveelheid goederen  party/politieke partij die Party, die Partei
passieren gebeuren passeren vorbei/entlang gehen
Pilz, der paddenstoel pils Pils, das / Bier, das
pleite platzak pleite weg/abgehauen
Rente, die pensioen rente

Zins, der

die Zinsen (meervoud)

reiten paardrijden rijden fahren
reizen

1 bieden bij kaartspel/ (ausreizen: zo hoog mogelijk pokeren)

2 prikkelen (zuur)

interesseren, verrukken,

reizen

1 reisen

 

 

reizend charmant. lieftallig reizend (op reis zijn) reisend (bijvoeglijk naamwooord)
rüstig kras, energiek rustig ruhig
Sarg, der grafkist zerk Grabstein, der
sachlich objectief, reel zakelijk geschäftlich
satt voldaan (eten) zat betrunken/besoffen
schattig schaduwrijk schattig goldig, süß
Schlägerei, die vechtpartij slagerij Metzgerei, die
schlimm erg slim schlau
See, der meer zee See, die (die Nordsee)
See, die zee/oceaan zee die Nordsee
streichen verven (met kwast) strijken (was) bügeln
Sucht, die verslaving zucht Seufzer, der
Tafel, die tablet (chocola)/ schoolbord tafel Tisch, der
Tapete, die behang tapijt Teppich, der
Tasse, die kopje tas Tasche, die
Teller, der bord (servies) teller Zähler, der
Termin, der

officiële afspraak

(ook: betaaldatum)

termijn

Frist, die

Zeitspanne, die (tijdsbestek)

Topf, der (kook)pan top! Spitze!
trotz ondanks trots stolz
überflüssig overbodig overvloedig reichlich
überholen inhalen (voorbijlopen, -rijden) / repareren

overhalen

(overtuigen)

überreden
Uhr, die klok (tijdstip) uur Stunde, die (um 12 Uhr)
Unrat, der afval onraad Gefahr, die
Verbrechen, das misdaad verbreken abbrechen
verlegen uitgeven (boek)/kwijt zijn (op verkeerde plek leggen) verleggen

Grenzen: erweitern.

Tapijt: verlegen.

verlinken van internetlink voorzien verlinken verpfeifen
Verpflegung eten en drinken verpleging Krankenpflege, medizinische Versorgung
verrückt gek verrukt begeistert
versuchen proberen verzoeken bitten (um)
verschonen ontzien verschonen frisch beziehen (Bett), Wäsche wechseln
verticken verkopen (spreektaal) vertikken

sich vertippen (tekstverwerker)

etwas bleiben lassen (niet doen)

verzehren nuttigen, eten verteren verdauen
Vorrang, der voorkeur/prioriteit voorrang (verkeer) Vorfahrt, die
wandeln veranderen wandelen spazieren/spazieren gehen
wissen weten wissen (uitvegen, deleten) wischen
Ziel, das doel, finish (sport) ziel Seele, die
Zucht, die fokkerij zucht Seufzer, der

 

 

 

 

 






Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel

© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties

opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß