begegnen: werkwoord met vaste 3e naamval

Wir sind ihm, ihr / niemandem / keinem begegnet.

Der Mensch hoort bij de groep mannelijke woorden die, behalve in de 1e naamval enkelvoud, in alle andere 7 naamvallen, dus ook in het meervoud, de uitgang -(e)n krijgen:

der/ein/kein Mensch

des/eines Menschen

dem/einem Menschen

den/einen Menschen

Dit geldt o.a. voor 'der Herr, des Herrn, dem Herrn, den Herrn, meervoud die Herren'.

Zie eventueel bij 7 x -(e)n.

AKW: das Atomkraftwerk

ook: das Kernkraftwerk - KKW

Automatische schakeltechniek: das automatische Getriebe (versnelling).

De Duitse regering heeft in 2011 besloten de AKWs te sluiten en versterkt voor duurzame energie te gaan (die Energiewende: nachhaltige Energie produzieren) al zijn er nog 130 kolencentrales  in gebruik.

die Welt - auf die Welt bringen (ook: zur Welt bringen), auf die Welt kommen

auf + bringen/kommen: veranderende situatie, er volgt de 4e naamval

auf der Welt sein (situatie, 3e naamval)

de tweeling: die Zwillinge, in het Duits meervoudsvorm

der Zwilling: een van de tweeling 

foto: Zoo Berlin/Zoologischer Garten Berlin/dpa

Letterlijk: de achterbaksheid/geniepigheid van het voorwerp.

Je gebruikt het als iets niet wil sluiten, opengaan of anderszins weerbarstig lijkt.

iets willen bemachtigen/scoren: abstauben (spreektaal voor een ‘meevaller’, iets wat je zomaar krijgt)

tuk zijn op: versessen sein auf / begierig sein auf, nach / erpicht sein auf

iemand een poets bakken: jemandem einen Streich spielen