8851 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Frühstückst du immer mit ........ Vater und ........ Schwester?
mit: voorzetsel met de 3e naamval
der/dein Vater - mit dem/deinem Vater
die/deine Schwester - mit der/deiner Schwester
Der Fachmann arbeitet sehr ........ .
Bijwoorden die van een zelfstandig naamwoord zijn afgeleid, krijgen vaak een umlaut en de uitgang -lich (soms -ig).
der Grund (reden/grond) - gründlich
der Tag - täglich
das Jahr - jährlich
der Anlass - anlässlich
der Bruder - brüderlich
"Wat ben je op dit moment aan het doen?"
Was tust du denn so?: Wat doe je zoal?
Was beschäftigt dich gerade?: Wat houdt je bezig (mentaal)?
Womit beschäftigst du dich?: Welke bezigheden voer je uit?
'Doen' is in het Duits heel vaak machen.
Het is niet makkelijk om tun te onderscheiden van machen als je iets wilt vertalen.
Derhalve zijn standaardzinnen handig om te kennen.
Hast du (haar) ........ neuen Freund schon kennengelernt?
du (lernst kennen): onderwerp
Freund: lijdend voorwerp, dus 4e naamval
der Freund / ihr Freund: 1e naamval
den Freund / ihren Freund: 4e naamval
© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß |