Der Sohn von meinem Onkel und meiner Tante ist mein ........ .
De zoon of dochter van je oom of tante:
der Cousin, die Cousine (uitspraak als in het Frans).
Dezelfde generatie als jezelf, ook al kan de leeftijd verschillen.
Der Neffe / die Nichte is de zoon/dochter van je zus of broer ('oom-tantezegger').
Dus een volgende generatie.
Beide woorden net als in het Engels nephew/niece en cousin en in het Frans neveu/nièce en cousin/cousine.
Das Dumme an Prognosen ist immer, dass sie sich auf ........ beziehen.
(Soort Loesje-spreuk)
die Zukunft: eindigt op -kunft en is dus vrouwelijk (dus nooit den)
sich beziehen auf: betrekking hebben op
Keuzevoorzetsel auf: in een abstracte betekenis volgt de 4e naamval.
Das Kind (mocht) ........ ohne die große Schwester nicht aus dem Haus gehen.
dürfen - durfte - gedurft
dürfte (aanvoegende wijs): zou mogen (ook soms: het zou kunnen / is waarschijnlijk zo)
mochte (verleden tijd van mögen): had (geen) zin in, lustte, hield van
ich mag, es mag: tegenwoordige tijd van mögen
........ Gericht der Bundesrepublik Deutschland heißt Bundesverfassungsgericht.
das Gericht: de rechtbank
Woorden die met Ge- beginnen zijn overwegend onzijdig.
(Uitzonderingen: die Geduld, die Gefahr, die Gewalt)
In de 1e naamval na der/die/das (dat geldt voor alle woorden enkelvoud) krijgen bijvoeglijke naamwoorden de uitgang -e. Zie voor tips eventueel bij menupagina 'Overzicht grammatica'.
Das Bundesverfassungsgericht: toetst wetten, regels en oordelen van lagere rechtbanken aan de hand van de grondwet (die Verfassung, das Grundgesetz). Een aantal taken is globaal vergelijkbaar met de taken van de Hoge Raad in Nederland.