"Da sind Sie aber auf dem Holzweg!"
sich auf dem Holzweg befinden: ........ .
De uitdrukking heeft een licht denigrerende toonzetting.
aan de beterende hand zijn: auf dem Wege der Besserung sein (formeel), in spreektaal ook 'über den Berg sein'
in het wilde weg ageren: aufs Geratewohl handeln / ins Blaue hinein (op de bonnefooi)
op een hellend vlak zijn (figuurlijk): sich auf einer schiefen Ebene / auf glattem Parkett / auf dünnem Eis befinden
houten pad langs het strand: der Holzbolenweg
Een opgavesuggestie van Anton Swart.
Der Kletterturm in Brühl bei Köln befindet sich in einem alten Getreidespeicher: de klimtoren bevindt zich in een ........ .
das Getreide: graan
der Speicher: opslag, zolder (ook geheugen van de computer)
Deze Getreidespeicher heet ook Siloturm.
Die Speicherstadt in Hamburg: stadsdeel bestaande uit voormalige pakhuizen, nu veranderd in woningen.
De 50 meter hoge toren heet weliswaar Kletterturm (dat kan aan een kant) maar men krijgt ook een adrenalinekick (der Nervenkitzel) bij het zogenaamde house-running: aan de buitenkant naar beneden 'lopen' (een andere manier van abseilen).
https://www.youtube.com/watch?v=g6jLYiW4Sfg
Bei 20% aller (verkeersongevallen) ........ ist ........ Gebrauch eines Handys im Spiel.
der Unfall (stam van een werkwoord) - die Unfälle (hoofdregel meervoud: umlaut+e)
bij 20% van: aller Unfälle, 2e naamval meervoud
bei is hier voorzetsel van 20%, dus niet van Unfälle
Der Gebrauch is eveneens stam van een werkwoord, hier onderwerp.
Veruit de meeste woorden die uit een stamvorm van een werkwoord bestaan zijn mannelijk (der Besuch, der Rauch, der Plan, der Verband, der Vertrag, ...). Het betreft dus ook woorden die in het Nederlands onzijdig zijn.
Ich sitze neben ........ Vater in ........ ersten Reihe.
Voorzetsels neben en in zijn keuzevoorzetsels: 3e of 4e naamval.
Sitzen is een rust: 3e naamval.
Waar zit ik?: Ik zit én naast mijn vader én in de eerste rij.
neben jemandem sitzen
die Reihe - in der Reihe sitzen
sich setzen: gaan zitten
Ich setze mich neben ihn / in die erste Reihe. Een beweging met resultaat, dus 4e naamval.