|
0 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||||
(Uitroep van verbazing) - Hoe bestaat het?! : ........

Woher kommt das denn (jetzt wieder)?: Waar komt dat nou (weer) vandaan?
Wo gibt es das?: Waar kun je dat (voorwerp) krijgen?
Wie gibt es das?: In welke vorm/soort/kleur is dat beschikbaar?
Ich brauche Kleingeld für den Parkautomat.
Können Sie mir den Zehneuroschein ........ ?

wechseln: wisselen (geld)
das Wechselgeld
tauschen: ruilen (bijvoorbeeld een verzamelobject)
(die Plätze tauschen: van plaats wisselen)
umtauschen: omruilen (een aankoop)
tauschen en umtauschen: wordt ook voor valuta gebruikt - Euro in Dollar (um)tauschen
austauschen: vervangen van een onderdeel (das Ersatzteil) / uitruilen
In Duitsland kun je / moet je vaak nog met munten betalen.
Die beiden (vissers) ........ hatten noch keinen Fisch gefangen.

Die Angler (hobby-/sportvissers): onderwerp in deze zin.
Mannelijke woorden met de uitgang -er (80%) krijgen in het meervoud geen extra uitgang*.
Alleen in de 3e naamval meervoud komt er een -n achter, omdat hier altijd alle woorden van de woordgroep de uitgang -n krijgen.
Die Fische von den beiden Anglern.
Der/die Fischer: beroepsvisser/s.
*Uitzonderingen: die Herren, die Bauern, die Nachbarn.
Kleinen Kindern muss man immer wieder sagen:
Nach ........ Toilette und vor ........ Essen: Hände waschen nicht vergessen!

Die Toilette - nach (3e naamval) der Toilette.
Bedoeld wordt: na het gebruik van het toilet.
Naar het toilet gaan: zur Toilette gehen.
Keuzevoorzetsel vor: hier een tijdsbepaling (wanneer?).
Met voorzetsels staan tijdsbepalingen in de 3e naamval: vor dem Essen.
Aan kleine kinderen zeggen: kleinen Kindern / ihnen (meewerkend voorwerp) muss man sagen. Alle onderdelen van de woordgroep krijgen in de 3e naamval meervoud de uitgang -n.
© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß |