8453 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Hast du das ........ Haus neben der Kirche gesehen?
das große Haus: lijdend voorwerp;
de vorm van de 1e en 4e naamval onzijdig is gelijk.
Na der, die, das krijgen woorden als groß, schön, klein, lieb etc. de uitgang -e. Dat betreft dus alle woorden (m/v/o) in 1e naamval enkelvoud.
2e naamval: des großen Hauses
3e naamval: dem großen Haus
Siehst du ........ gelbe Auto auf dem Parkplatz?
........ gehört meinem Bruder.
Zin 1: Das Auto is hier 4e naamval.
Onzijdige woorden hebben in de 1e en 4e naamval dezelde vorm.
Zin 2: Es / das Auto (onderwerp) gehört meinem Bruder/ihm, 3e naamval. De auto 'behoort aan hem toe', dus 3e naamval.
Deine Koffer sind recht schwer. ........ ich dir beim Tragen helfen?
Met sollen vraag je naar de wens van iemand (wil je dat ik...):
"Soll ich dir/Ihnen helfen?"
werden: toekomstige tijd. Ich werde nächsten Monat kommen.
mögen (ich mag, wir mögen): houden van, lusten
Werkwoord helfen combineert altijd met de 3e naamval:
Ich helfe dir gerne.
Hilfst du mir bitte?
Kann ich Ihnen helfen?
Schicken Sie uns bitte (offerte) ........ .
das Angebot: offerte, aanbieding
die Anzeige: 1 advertentie / 2 aangifte (politie)
das Aufgebot:
1 bekendmaking van een voorgenomen huwelijk (bij de burgerlijke stand)
2 inzet: Das Aufgebot / der Einsatz von Polizeibeamten bei der Demonstration.
das Gebot (verouderd voor die Vorschrift, bijv. die zehn Gebote aus der Bibel).
Veel woorden met Ge- (vaak met de uitgang -e) zijn onzijdig.
Uitzonderingen: die Gemeinde, der Gedanke.
© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß |