MOB-versie | Naar grote versie



Antwoorden van 16-09-2024 (niveau 3)



eerdere test 16 SEP latere test
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 3 hebben de test van 16-09-2024 zo ingevuld:



Die Unternehmen achten zu wenig auf ........ Weiterbildung ihrer Mitarbeiter.

 

    



5 % (afgerond)den
73 % (afgerond)die 
20 % (afgerond)der
2 % (afgerond)dem

Achten auf is een combinatie van een 'abstract/mentaal' werkwoord met an/auf/über (wisselvoorzetsel). Deze staan overwegend in de 4e naamval:

auf den Bus warten / über den Plan nachdenken / sich an den Opa erinnern / an den Geburtstag denken.

 

die Weiterbildung (nascholing) / die Fortbildung: uitgang -ung, dus vrouwelijk

den/dem zijn geen 'vrouwelijke vervoegingen'

 

 

 

 

 

afb. myloview


Zie ook de pagina met 3e/4e naamval.



Gegen ........ Unternehmen wird wegen Steuerhinterziehung ermittelt.



61 % (afgerond)das 
31 % (afgerond)den
8 % (afgerond)der

Das Unternehmen = de onderneming (bedrijf): woorden die uit een heel werkwoord bestaan zijn, net als in het Nederlands, onzijdig.

Het ondernemen van een reis. Het zingen van een lied.

Gegen das Unternehmen: 4e naamval onzijdig (1e en 4e naamval onzijdig hebben dezelfde vorm).

 

die Unternehmung: het voornemen, plan / de actie, niet gebruikelijk voor bedrijf

die Steuerhinterziehung: belastingontduiking 

die Ermittlung / ermitteln: officieel onderzoeken (justitie, politie)


Zie ook de pagina geslacht.



Ich muss noch was auf dem Rathaus besorgen.

 

Ik moet nog iets   ........



68 % (afgerond)op het stadhuis regelen. 
6 % (afgerond)bij het stadhuis ophalen.
26 % (afgerond)naar het stadhuis brengen.

Werkwoord besorgen: iets regelen (ook: iets kopen of ervoor zorgen dat iets ter beschikking staat - Ich sorge dafür).

Het is dus een 'vals vriendje' omdat het niet als in het Nederlands leveren betekent.

Etwas besorgen heeft een overeenkomstige betekenis met etwas erledigen: in orde maken, regelen. 

Besorgungen machen: (diverse) boodschappen doen

brengen: bringen

(op)halen: (ab)holen


Zie ook de pagina Falsche Freunde.



Er kauft sich nie Zigaretten. Er (bietst) ........ lieber.

 



12 % (afgerond)kifft
28 % (afgerond)zockt
3 % (afgerond)knutscht
57 % (afgerond)schnorrt 

Werkwoord schnorren: bietsen, afbedelen, ook van geld en andere kleine dingen.

Ook 'weggrissen'. In het Nederlands kennen we 'de snorder': illegale taxichauffeur.

Der Schnorrer is een uitvreter, iemand die graag neemt en nooit geeft.

Zeer negatief: der Schmarotzer, schmarotzen.

 

knutschen: hartstochtelijk kussen

kiffen: wiet roken

zocken: gokken


Zie ook de pagina Spreektaal.



TOTAALRESULTAAT:
65% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)





Help | Contact  |  Instellingen  |  


Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel



Martin van Toll Producties
in samenwerking met
Fundgrube Deutsch