In der Verlängerung verschoss der Nationalspieler ........ Elfmeter.
Der Elfmeter: woorden met de uitgang -er zijn overwegend (80%) mannelijk (der Lehrer, der Computer, der Fehler, der Teller).
Hier 4e naamval: einen (Elf)meter schießen.
schießen - schoss - geschossen
verschießen: misschieten
der Elfmeter = der Strafstoß
Strafschop/penalty vanaf de stip (binnen het strafschopgebied) die 11 meter van het doel verwijderd is.
(Draag) ........ du mir bitte ........ Koffer (enkelvoud) ........ Bahnsteig?
tragen: ich trage, du trägst, er/sie/es trägt, wir tragen
Sterke werkwoorden met -a- veranderen in de tegenwoordige tijd in -ä-. Dit geldt voor gewone en voor vragende zinnen.
Het geldt niet voor de gebiedende wijs: Trage bitte meinen Koffer.
der Koffer: uitgang -er duidt op een manneljk woord
der Bahnsteig: het perron.
Neulich bin ich einer früheren Schulfreundin begegnet.
Wanneer vond de ontmoeting plaats?
neulich: onlangs, dus relatief kort geleden maar niet zeer recent
(ook: vor Kurzem, kürzlich, unlängst)
zonet/zo-even: Ich bin ihr gerade/eben begegnet.
langere tijd geleden: vor einiger Zeit
lang geleden: vor langer Zeit / es ist lange her (, dass ...)
Bei einem Diebstahl sollte man immer (aangifte) ........ erstatten. Sonst zahlt die Versicherung nicht.
Die/eine Anzeige erstatten: in deze zin is de betekenis aangifte doen.
2e betekenis: advertentie in de krant. Eine Anzeige in die Zeitung setzen (plaatsen).
die Angabe: opgave van gegevens, verklaring
die Anleitung: (gebruiks)aanwijzing
aanleiding: der Anlass
der Antrag (einen Antrag stellen, beantragen): aanvraag (indienen)