"Ich bin da irgendwie reingerutscht": ........ .
In irgendwas reinrutschen: onbedoeld in een situatie belanden / ergens 'inrollen'.
'Van lieverlee' in een beroep of de misdaad terechtkomen.
Ook: in etwas hineingeraten (geraken).
uitgegleden: ausgerutscht
ingetrapt: reingetreten (letterlijk, bijv. in hondenpoep)
ergens intrappen/instinken: auf etwas hereinfallen
Wir übernehmen die Wartung der Maschine.
die Wartung: ........
financiering: die Finanzierung
transport: der Transport, die Beförderung (der Versand)
bediening: die Bedienung / technisch ook: die Handhabung
Der Einbrecher bekam ........
der Lohn: stam van het werkwoord lohnen
hier lijdend voorwerp: seinen Lohn
der verdiente Lohn: 1e naamval geen -n
(Dat geldt voor alle woorden in de 1e naamval na der, die, das: dus ook voor vrouwelijk en onzijdig 1e en 4e naamval.)
den verdienten Lohn: 4e naamval mannelijk
afb. dreamstime
Morgen fahren wir ........ Schweiz.
Enkele landen hebben een lidwoord: die Schweiz, die Türkei (enkelvoud). Die USA, die Niederlande (meervoud).
In combinatie met een voorzetsel volgt er een verbuiging:
in die Schweiz fahren.
Fahren + in is in deze zin beweging en doel (waarheen?): 4e naamval. De vorm van de 1e en 4e naamval vrouwelijk is gelijk.
Vergelijk: Wir sind in der Schweiz. / Wir fahren in der Schweiz herum. Waar zijn we / waar rijden we rond?: de situatie verandert niet, derhalve 3e naamval.
Nach: voor landen zonder lidwoord.
De combinatie nach die bestaat niet omdat er de 3e naamval moet volgen: nach dem / nach der / nach den (meervoud).