MOB-versie | Naar grote versie



Antwoorden van 12-02-2025 (niveau 2)



eerdere test 12 FEB latere test
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 2 hebben de test van 12-02-2025 zo ingevuld:



Dieser Politiker ist ein ........ im deutschen Parlament.

 



73 % (afgerond)Abgeordneter 
9 % (afgerond)Abgesandter
17 % (afgerond)Angestellter
1 % (afgerond)Anhänger

abgeordnet: afgevaardigd

der Abgeordnete, ein Abgeordneter (mannelijk)

die Abgeordnete, eine Abgeordnete (vrouwelijk)

 

der/die Angestellte - ein Angestellter/eine Angestellte: werkne(e)m(st)er/medewerk(st)er

der/die Abgesandte - ein Abgesandter/eine Abgesandte: afgezant/e, diplomaat

 

Deze woorden zijn zelfstandig gebruikte bijvoeglijke naamwoorden:

de uitgang is afhankelijk van het (lid)woord ervoor (der-/ein-groep of zonder).

 

der Anhänger (niet van een bijvoeglijk naamwoord afgeleid): de aanhanger/volger/fan


Zie ook de pagina weetwoorden I.



........ du noch ein Stück Kuchen?

 



1 % (afgerond)Esse
84 % (afgerond)Isst 
15 % (afgerond)Esst
1 % (afgerond)Ess

essen - aß (lange -a-) - gegessen: sterk werkwoord

ich esse, du isst, er/sie/es isst, wir essen, ihr esst.

 

De -e- verandert bij sterke werkwoorden in -i- bij du en er/sie/es.

 

Antwoord op de vraag: Ja, gerne / Ja, bitte. Nein, danke. 


Zie ook de pagina sterk.



(We gaan morgen met vakantie) ........ nach Berlin.

 

     



11 % (afgerond)Wir gehen morgen im Urlaub
2 % (afgerond)Wir gehen morgen auf Urlaub
84 % (afgerond)Wir fahren morgen in Urlaub 
2 % (afgerond)Wir fahren morgen auf den Urlaub

gehen = lopen, niet om de toekomst uit te drukken;

gaan met een vervoermiddel: (in Urlaub /in die Ferien) fahren, fliegen.

 

Als je niet op reis gaat, maar wel vakantie hebt: Ich habe Urlaub/Ferien. Ich mache Urlaub.

 

Der Urlaub: met name vakantie voor werknemers.

Schoolvakantie: die (Schul)Ferien (altijd meervoud), ook algemeen voor vakantie.


Zie ook de pagina weetwoorden II.



Für das Spendengeld haben wir schon eine gute (toepassing) ........ gefunden.



27 % (afgerond)Zuwendung
1 % (afgerond)Zugabe
71 % (afgerond)Verwendung 
1 % (afgerond)Gebrauch

die Verwendung: besteding, aanwending

der Gebrauch: het gebruik(en) van voorwerpen of woorden

die Zugabe: de toegift

die Zuwendung: toewijding, aandacht; ook: financiële toelage

 

die Spende: donatie


Zie ook de pagina weetwoorden I.



TOTAALRESULTAAT:
78% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)





Help | Contact  |  Instellingen  |  


Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel



Martin van Toll Producties
in samenwerking met
Fundgrube Deutsch