Am 21. Juni bewegt sich die Sonne auf dem nördlichen Wendekreis mittags genau (loodrecht) ........ durch den Zenit.
senkrecht: algemeen taalgebruik - vor Schreck saß sie senkrecht im Bett
senken: doen zinken / die Senke: verdieping in een terrein
lotrecht (lange-o-): wordt overwegend in vaktaal, door bijv. metselaars en zeelieden gebruikt
waag(e)recht: horizontaal (denk aan weegschaal)
regelrecht: ronduit, als het ware
(Liedtekst van Udo Jürgens)
Gib' mir ........ Angst, ich geb' dir die Hoffnung dafür.
Gib' mir ........ Nacht, ich geb' dir den Morgen dafür.
Die Angst (Ängste), die Nacht (Nächte): behoren tot de groep vrouwelijke woorden met de uitgang -t, hier beide lijdend voorwerp.
geef (aan) mij: 3e naamval
ich gebe dir - du gibst mir - gib mir (bitte)
"Wir langweilen uns!"
"Okay, was ........ wir morgen denn mal unternehmen?"
Met sollen vraag je wat de ander graag wil:
Soll ich das für dich tun? - Wil je dat ik dat voor je doe?
Sollen wir das tun?: Vind je dat we dat moeten doen? /Zullen we dat doen?
Dus om te vragen of men samen iets zal doen, vergelijkbaar met het Nederlandse "Zullen we?". Als je een voorstel wilt doen of een gezamenlijke actie wilt bespreken.
Een alternatief m.b.t. toekomst: Was werden/wollen wir morgen machen?
würden: zouden (aanvoegende wijs).
gehen: lopen (gehen wordt niet voor de toekomst gebruikt)
Ich hatte lange nichts von meinem Jugendfreund gehört.
Aber (op een dag) ........ bekam ich eine Nachricht über Instagram.
Eines Tages: op een zekere dag / op een gegeven moment / een keer. Ook voor de toekomst (ooit). Idem: irgendwann.
an: voorzetsel voor dagen/dagdelen en data, dan met 3e naamval
An einem Tag wie heute: op een dag als vandaag.
Diese Arbeit wird nur an einem Tag mit gutem Wetter gemacht.