MOB-versie | Naar grote versie



Antwoorden van 06-05-2024 (niveau 2)



eerdere test 06 MEI latere test
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 2 hebben de test van 06-05-2024 zo ingevuld:



Er ........ morgen nach Deutschland.

 


74 % (afgerond)fährt 
fuhr
26 % (afgerond)fahrt

fahren - fuhr - ist gefahren: sterk werkwoord met -a-

ich fahre, du fährst, er/sie/es fährt

fuhr: verleden tijd



Zie ook de pagina sterk.



Der Einbrecher bekam ........

 


18 % (afgerond)sein verdiente Lohn.
79 % (afgerond)seinen verdienten Lohn. 
4 % (afgerond)seine verdiente Lohn.

der Lohn: stam van het werkwoord lohnen

hier lijdend voorwerp: seinen Lohn

 

der verdiente Lohn: 1e naamval geen -n

(Dat geldt voor alle woorden in de 1e naamval na der, die, das.)

den verdienten Lohn: 4e naamval mannelijk

 

 

 

afb. dreamstime



Zie ook de pagina geslacht.



Nach ........ Prüfung (toets/examen) habe ich wieder mehr Zeit.

 


80 % (afgerond)der 
12 % (afgerond)die
8 % (afgerond)dem

nach: voorzetsel met de 3e naamval

die Prüfung: woorden met de uitgang -ung zijn vrouwelijk.



Zie ook de pagina geslacht.



So etwas habe ich ja noch nie gesehen. Was ist das denn für ein merkwürdiger (voorwerp) ........ .

 


5 % (afgerond)Genehmigung
4 % (afgerond)Vorwurf
89 % (afgerond)Gegenstand 
2 % (afgerond)Widerstand

der Gegenstand = het voorwerp (in spreektaal vaak: das Teil / das Ding - ein komisches Ding)

der Vorwurf: verwijt

der Widerstand: verzet

die Genehmigung: toestemming, vergunning



Zie ook de pagina weetwoorden II.



TOTAALRESULTAAT:
80% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)