Die Gruppe Silbermond singt: Für ........ schlägt mein Herz.
Â
für: voorzetsel met de 4e naamval - für dich, für ihn, für Sie/sie
Â
dir: 3e naamval
Ich schenke dir mein Herz: ik geef mijn hart (lijdend voorwerp) aan jou (dir = meewerkend voorwerp).
Schenk mir dein Herz: dein is bezittelijk.
(De stormen) Die ........ haben ein paar Dachziegel vom Dach gefegt.
Â
Der Sturm - die Stürme: meervoud volgens de hoofdregel umlaut +e.
Veel woorden die met het weer te maken hebben zijn mannelijk:
der Nebel (mist), der Regen, der Schnee, der Sturm, der Wind.
Â
Der Sturm, der Wind, der Schnee zijn afgeleid van de stam van werkwoorden en deze woorden zijn overwegend mannelijk.
De meeste woorden met de uitgangen -el en -en zijn mannelijk: der Nebel, der Regen.
Wat betekent de uitdrukking 'Ich mache heute blau' ?
De 'Blaufärber' (beroep: stoffen met een natuurproduct blauw verven) hadden een vrije dag als de verf moest intrekken.
blau machen: die Schule / die Arbeit schwänzen
In het Nederlands kennen we de uitdrukking 'een blauwe maandag' met de tegenwoordige betekenis korte tijdsduur.
Â
op de bonnefooi: auf gut Glück / ins Blaue hinein
gekkigheid uithalen: Quatsch machen, herumalbern (melig doen / flauwekullen)
Vier Treppen sind mir zu viel. Ich nehme lieber  ........ .
Â
der Aufzug: de lift (in een gebouw), hier lijdend voorwerp, 4e naamval
ook: der Fahrstuhl (verouderd) / der Lift: overgenomen uit het Engels
Â
der Umzug: verhuizing
der Zug: de trein
der Ausflug: uitstapje, dagtrip