9124 actieve gebruikers

Inloggen bestaande gebruiker

Aanmelden nieuwe gebruiker

Naar mobiele versie


Antwoorden van 10-01-2025 (niveau 1)



eerdere test 10 JAN latere test
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 1 hebben de test van 10-01-2025 zo ingevuld:



Sie ........ abgenommen und wiegt jetzt 5 kg ........ .

 

        



1 % (afgerond)hat, minder
1 % (afgerond)ist, minder
16 % (afgerond)ist, weniger
82 % (afgerond)hat, weniger 

Ze is afgevallen: sie hat abgenommen; abnehmen wordt dus met haben verbonden

wenig - weniger (minder) - am wenigsten (het minst).

 

Minder is in het Duits verouderd en komt alleen in formeel taalgebruik nog wel eens voor. Wel in combinaties als in minderjährig, minderwertig, die Minderung (getalsmatige verlaging).


Zie ook de pagina voltooide tijd.



- "Hast du gesehen, dass deine Hose ein (gat) ........ am Hosenbein hat?"

- "Ja klar, (gaten) ........ in Jeans sind doch in Mode!"

 

     



4 % (afgerond)Locher, Lochern
17 % (afgerond)Loch, Löche
3 % (afgerond)Loche, Lochen
77 % (afgerond)Loch, Löcher 

das Loch - die Löcher: meervoud als Bücher, Dächer, Länder

der Locher: perforator (das Papier lochen)

De overige woorden bestaan niet.

 

Jemandem ein Loch/Löcher in den Bauch fragen / jemanden löchern:

iemand het hemd van het lijf vragen.


Zie ook de pagina meervoud.



Hoe gaat het met u?



92 % (afgerond)Wie geht es Ihnen? 
3 % (afgerond)Wie geht es Sie?
5 % (afgerond)Wie geht es mit Ihnen?
1 % (afgerond)Wie geht es mit Sie?

In het Duitse dus zonder 'met'.

Deze standaardzin staat in de 3e naamval: Ihnen / dir / ihm etc.

Antwoord: Mir geht es gut. Es geht mir gut.

Mir geht es ganz gut: redelijk, het gaat zo; ganz krijgt geen klemtoon.

Mir geht es sehr gut: heel goed, hier eventueel de klemtoom op sehr.


Zie ook de pagina standaardzinnen met 3e naamval.



(Wil je dat ik alvast de tafel dek?)

 

........ ich schon mal ........ Tisch decken?

 



1 % (afgerond)Muss, dem
6 % (afgerond)Muss, den
6 % (afgerond)Soll, der
87 % (afgerond)Soll, den 

Wil je dat ik dat doe? - Soll ich das (für dich) tun?

Als je aan iemand vraagt of je iets voor haar/hem moet doen gebruik je sollen.

 

Der Tisch is hier lijdend voorwerp, 4e naamval: den Tisch decken.


Zie ook de pagina dürfen / müssen / sollen / mögen.



TOTAALRESULTAAT:
84% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)





Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel

© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties

opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß